Uitspraken Raad van State begrip overtreder bij handhaving

Fonny Krol-Postma Algemeen Leave a Comment

Vandaag zijn er twee belangrijke uitspraken van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State verschenen omtrent handhavingszaken.

Wanneer een handhavingstraject loopt, is van belang of degene die wordt aangeschreven wel de overtreder is. Alleen diegene (natuurlijk of rechtspersoon) kan namelijk de overtreding ongedaan maken of aangesproken worden op de overtreding.

De Raad van State heeft de lijn in de jurisprudentie hieromtrent genuanceerd. In twee uitspraken worden de kaders weergegeven.

Duidelijk is dat aangesloten wordt bij het ‘overtrederbegrip’ zoals dat in het strafrecht gehanteerd wordt. Daarover was ook al een conclusie van staatsraad advocaat-generaal Wattel verschenen, met de conclusie dat aangesloten moet worden bij het strafrechtelijke overtreder begrip. Dat betekent in het geval van een natuurlijk persoon dat diegene beschikkingsmacht moet hebben om de overtreding ongedaan te maken én dat de overtreding is aanvaard.

In de eerste uitspraak heeft een eigenaar van een van een verhuurde woning in Amsterdam een bestuurlijke boete opgelegd gekregen omdat zijn woning illegaal werd verhuurd aan toeristen. Hij had een bepaalde mate van toezicht uitgeoefend oordeelt de Afdeling. Met wat hij constateerde had hij geen aanwijzing had dat de woning niet werd gebruikt om in te wonen. Daarmee had hij de overtreding niet aanvaard en daarom kon hem geen bestuurlijke boete worden opgelegd.

De overtreding stond hierbij dus wel vast, en ook dat de eigenaar de beschikkingsmacht had om de overtreding ongedaan te maken, maar omdat de aanvaarding ontbrak, mocht geen bestuurlijke boete worden opgelegd.

In de tweede uitspraak speelt een opgelegde last onder dwangsom aan een bedrijf dat de markt in Weerselo exploiteert. Die onderneming stelt kosteloos reclameborden ter beschikking aan bezoekers en handelaren. Deze borden mogen alleen niet zover toestemming van de gemeente worden geplaatst. Doordat deze ondernemer geen verantwoordelijk nam voor het gebruik van het verstrekte materiaal op openbare plaatsen en het gebruik van het materiaal ook gunstig was voor haar, is willens en wetens het risico aanvaard op een overtreding. Er mocht in dit geval gerechtvaardigd een last onder dwangsom worden opgelegd door de gemeente.

Mocht u vragen hebben over handhavingstrajecten en/of het overtrederbegrip, neemt u dan contact op met Fonny Krol-Postma via fonny@bunderadvocaten.nl.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *